Trek meer én nieuwe gasten aan door je gerechten zo goed en smakelijk mogelijk op de foto te zetten dat het water ze in de mond loopt. De beste foodfotograaf ter wereld, Nederlander Lyan van Furth, geeft vier tips om je gerechten te fotograferen als een echte foodfotograaf.
Foto’s: Lyan van Furth - LVFFood
Je gerecht kan nog zo knap op het bord liggen, met het verkeerde licht gaat de foto er een stuk minder appetijtelijk uitzien. Je kleuren worden flets, je diepte verdwijnt, en dat waanzinnige dessert ziet er plots uit alsof je een kant-en-klare taart van de supermarkt drie dagen hebt laten verpieteren op het aanrecht. Licht is de basis van je foto. Fotografeer daarom niet met de flitser! Met hard licht van voren verdwijnt namelijk alle diepte en textuur van het gerecht én krijg je een harde slagschaduw naar achter. Beter is ‘t om zacht zijlicht met dito schaduwen op te zoeken. Is het donker aan tafel? Dan creëer je dat zachte spotje door iemand door een schoon servet bij te laten schijnen met de zaklamp van zijn telefoon. En… natuurlijk schiet je nooit tegen het licht in. Dan blijven namelijk enkel de contouren van je gerecht over en we zijn geen schaduwspel aan het regisseren.
Het tweede ingrediënt van een geslaagde foodfoto is de juiste hoek. Hierbij gaat het erom dat je een perspectief kiest waarop je het gerecht nog kan ‘lezen’. Voorbeeld: Als een gerecht mooi hoog is opgebouwd uit verschillende laagjes, wil je die laagjes laten zien. Als je dan een flatlay-foto schiet, snapt niemand meer waar ‘ie naar kijkt als ze je foto voorgeschoteld krijgt. Wat maakt dit gerecht bijzonder? Zoek een hoek die daarbij past. Draai, kantel, probeer!
Smoezelig servetje. Nog wat kruimels van het broodmandje. Je waterglas, wijnglas én champagneglas. Allemaal leidt ’t af van waar het daadwerkelijk om gaat: dat culinaire kunstwerkje op je bord. Als je de hoek hebt bepaald kan je precies zien wat er allemaal in beeld valt. Houd dit zo clean mogelijk. We hebben snel de neiging om gezellige frutsels in beeld te laten staan – want gezellig! Maar je wil dat alles wat in het kader staat iets toevoegt aan de foto. Bij twijfel: weghalen of buiten beeld houden.
Sommige gerechten zijn simpelweg niet gemaakt om te fotograferen. Een chilli con carne lijkt nou eenmaal snel gewoon een bruine kledder. En die eton mess is toch net wat minder fotogeniek dan een compleet opgedirkte soezentoren.
Al tien jaar lang bekijkt Lyan van Furth de wereld door de lens van zijn camera. Met zijn rustige esthetiek en sterke lichtcontrasten uit de clair-obscur ontwikkelde de Amsterdamse fotograaf zijn kenmerkende stijl. In een donker en minimalistisch decor brengt Van Furth met zacht ‘Rembrandt-licht’ de focus compleet naar het bord, om het idee van de chef zo zuiver mogelijk over te brengen. Als vaste fotograaf voor onder anderen Dennis Huwaë (Daalder*), Erik Tas (‘t Ganzenest) en Erik en Juliën van Loo (Parkheuvel**) werd Lyan drie keer op rij uitgeroepen tot ‘Beste Foodfotograaf ter Wereld’ door ’t internationale fotografieplatform Foodelia. ‘Een chef creëert een verhaal op het bord. Het is aan mij om dat verhaal zo goed mogelijk door te vertellen. Daar zit voor mij de grootste uitdaging.’