Deze week in onze chef- en ondernemersrubriek: de Rotterdamse vegan pionier Pepijn Schmeink. We kennen Schmeink van het veganistische restaurant Jack Bean in Rotterdam, maar de ondernemer besloot dat het tijd was voor iets nieuws. Hij sloot Jack Bean en opende met Matthijs Huis in 't Veld een nieuwe zaak in Amsterdam op de Kinkerstraat: LOKOL dat ook een catering heeft. Zijn ambitie? Impact maken en LOKOL uitrollen als keten. Bekijk de video of lees het interview.
Interview en video: Madelief de Weerd
Schmeink opende in 2018 samen met Matthijs Huis in ‘t Veld restaurant Jack Bean in Rotterdam. In de coronaperiode startten ze met een rebranding en openden ze een nieuwe locatie in Amsterdam: LOKOL op de Kinkerstraat. Eind november 2022 sloot Jack Bean in Rotterdam de deuren en de ondernemers gaan zich nu helemaal focussen op het horecaconcept LOKOL. "We begonnen Jack Bean vanuit een duurzaamheidsambitie. We wilden laten zien dat je op een andere manier kunt eten, waarmee we goed de toekomst in kunnen gaan. Dat doen wij met een aantal basiswaarden. Zo kopen we lokaal onze producten. Dit laatste is zó belangrijk dat we besloten om de naam te veranderen en een rebranding te doen”, vertelt Schmeink.
De plannen met LOKOL zijn groots. “Onze ambitie is om LOKOL uit te rollen tot een keten. Daarnaast willen we de catering nog meer professionaliseren en grootser aanpakken. Verder ontwikkelen we producten die we in de toekomst willen uitbrengen voor de B2B- en retailmarkt.”
De chef en ondernemer heeft nauwe banden met verschillende boeren in Rotterdam. Met hun producten kookt Schmeink volledig plantaardig. “We wilden laten zien dat plantaardig eten heel lekker kan zijn en dat je niks mist. We doen dit voor iedereen. Niet alleen voor hardcore veganisten, maar ook voor vleesliefhebbers.” Dit zie je ook terug in de veelzijdige menukaart. Van groene salades en wraps tot warme bowls: iedereen komt hier aan zijn trekken. Nog een heerlijk feitje is dat ze (bijna) alle producten in hun keuken helemaal zelf maken.
Wanneer we Schmeink vragen hoe hij de toekomst voor zich ziet van veganistische restaurants, antwoordt hij dat hij een onderscheid ziet. “Wij zien onszelf niet als een veganistisch restaurant, maar als een plant forward-restaurant. Tegenwoordig kun je een veganistisch restaurant zijn dat lekker, maar ongezond eten serveert en waarvan de ingrediënten van ver uit de wereld komen. Wij doen het anders en maken gezond eten van lokaal geteelde producten.” Daarmee wil Schmeink helemaal niet met een vingertje wijzen. “Andere manieren zijn niet slecht, maar ik denk dat de winst voor waar we naartoe moeten bij ons het grootst is.”
Verder kleeft er nog een voordeel aan het lokaal inkopen doen. Schmeink: “Alle kosten stijgen en mensen kijken naar ons en vragen zich af: ‘Hoe doen jullie dit dan!?’ Wij werken nauw samen met boer Jeroen Klompe, voorvechter van regeneratieve landbouw in Nederland. We spraken met hem af om 12 hectare land in te zaaien. Dit is geoogst en van ons. Daar spraken we prijzen over af en omdat we grote hoeveelheden afnemen, stijgt die prijs niet veel. Vlees is 40% in prijs omhoog gegaan en onze bonen zijn met 5% omhoog gegaan. En bonen waren al goedkoop. Zeer interessant dus voor andere ondernemers.”