Café Americain nog altijd icoon op Amsterdamse Leidseplein

Als jongetje droomt horecaondernemer Bianchi al over een eigen restaurant. De liefde voor uit eten gaan krijgt hij van jongs af aan mee, op zijn veertiende heeft hij zijn eerste baan in de horeca. “Dat kon toen nog. Ook heb ik een eigen restaurant gehad: Zuid Zeeland in Amsterdam. Maar ik had al een eigen hotel op mijn drie-en-twintigste!” Hij spreekt over hotel-restaurant ‘t Jagershuys, een rijksmonument aan de Amstel, waar een jonge Ron Blaauw doorbrak.

Een milieuloos publiek

Sinds 2019 runt Bianchi Café Américain, het klassieke grand café in art deco-stijl uit 1902 dat in de jaren vijftig en zestig beroemd werd als ontmoetingsplaats voor kunstminnend Amsterdam. “Voor couleur locale en bohemiens, zeg ik altijd. Kleurrijke mensen die vele verhalen te vertellen hebben. Maar feitelijk is ons publiek milieuloos: hier komen ook de CEO, de journalist én de glazenwasser.”

Terras aan het Leidseplein

“Café Américain is een plek met een ziel waar ik al vanaf mijn een-en-twintigste kom. Het Amerikaanse Clayton, sinds enkele maanden eigenaar, is een verrassend goede werkgever. Ik kan me hier gewoon ondernemer voelen. Clayton is een zegen voor Café Américain.”

Het aantrekkelijke terras ligt aan de Hans Snoekfontein bij het Leidseplein. “Met zicht op de platanen, luisterrijk gelegen in hartje centrum. Ons terras krijgt binnenkort nog veel meer smoel. We zijn goed onderweg, op weg naar een plek die weer straalt en schittert.”

Wijn om voor terug te komen

Als ‘avonturier in de horeca’ weet Bianchi ook veel van wijn. Met importeur LFE als partner schenkt hij de nodige hits aan tafel én op het terras. “Bij ons vind je geen boze-aardbeienrosé. Cavalier is goed, zonder flauwekul. Van dat huis hebben we drie stijlen rosé. Kijk, daar komen ze voor terug. En voor de Vouvray Brut Blanc Excellent van C. Greffe, een mousserende chenin blanc. Die is ook al zo prachtig.”