Yip groeide op in Zeeland, samen met zijn ouders, zusje en twee broers. Zijn vader exploiteerde er een goedlopend Chinees restaurant; het was vanzelfsprekend dat de kinderen meehielpen. “Dat was ook geen vraag, maar een mededeling. Ik moest keihard werken voor m’n geld. Vroeger moest je gewoon luisteren, er was geen ruimte voor discussie. Nu is dat ouderwets, maar toen wist ik niet beter.”
Verder had Yip niets te klagen. Doordat het restaurant zo goed liep, droeg hij dure merkkleding en kreeg hij de nieuwste gadgets. Was hij op die spullen uitgekeken, dan verkocht hij ze voor een mooi prijsje aan vriendjes op school. Die waren er blij mee. Typisch Yip, blijkt nu.