Waarom openen steeds meer BN’ers horecazaken?

Het is geen compleet nieuw fenomeen meer, maar de laatste tijd hebben veel BN’ers de stap gezet om een horecazaak te openen. Zo was Jandino Asporaat veel in het nieuws met FC Kip in Rotterdam en startte presentator en YouTuber Kaj Gorgels onlangs in de havenstad met DRIPPY’s, in samenwerking met horecaondernemer Ad Schaap. En rapper Boef levert zijn Chick&Cheez-gerechten inmiddels op meer dan vijftig (!) locaties in Nederland.

“Voor exposure is het enorm goed”, zegt Stef Driessen, horecaspecialist bij ABN Amro, over deze trend. “Een BN’er die zich verbindt aan een horecazaak wekt vertrouwen bij gasten, verhuurders én leveranciers. Verhuurders zijn sneller bereid om meer te faciliteren, omdat ze weten dat een BN’er met financiële middelen achter de zaak staat. Dit vergroot de kans op succes aanzienlijk.”

Een Aantrekkelijke Sector

Volgens Driessen is de horeca voor BN’ers aantrekkelijk, omdat ze direct in contact staan met hun publiek. Daarnaast zijn de instapbarrières en investeringen relatief laag, wat het makkelijker maakt om in de horeca te starten dan in veel andere sectoren. Vermogensbeheer speelt ook een rol: door inkomsten te investeren, kan vermogen groeien. Dit kan niet alleen door middel van aandelen, maar ook door te investeren in (horeca)bedrijven.

*Tekst gaat verder onder de foto's van DRIPPY'S

Succesfactoren

“Bovendien kan je goed geld verdienen in de horeca”, vervolgt Driessen. “Maar er zijn wel enkele cruciale succesfactoren. Zo moet er voldoende markt zijn voor het concept op de locatie waar je opent. Het verschil in aantrekkelijkheid tussen grote en kleine steden groeit, wat de potentie van horecazaken sterk beïnvloedt. Verder is een goede bedrijfsleider essentieel, iemand die zowel medewerkers als gasten tevreden houdt. Met herhaalbezoeken stuur je op succes en vergroot je de kans op continuïteit.”